Twee watchwinders aan de muur draaien met rustig gebrom hun rondjes. Aan hun wiekjes roteren een paar gouden Rolexen traag om hun as. Op een van de bureaus ligt een geigerteller. Daarnaast een opengeklapte doos van Patek Philippe. De Nautilus van circa 30.000 euro die erin hoort te zitten, ontbreekt. Een medewerker van de winkel heeft ‘m vandaag even omgedaan. Verderop staat een doos vol met papieren envelopjes.
@backlink(208823)
Zeldzame Rolex
De 25-jarige Jasper Lijfering haalt een klein horloge uit een van de mapjes. ‘Dit is de meest zeldzame Rolex die je ooit in je handen zult hebben, een Rolex Space Dweller. Die is begin jaren 60 gemaakt in het kader van een ruimtevaartprogramma. Daar zijn er echt maar een paar van.’ Wanneer hij de grote ogen van de schrijver dezes ziet, lacht hij even branieachtig. ‘Hier heb ik een originele Milgauss.’ Hij pakt de geigerteller en houdt hem tegen het horloge aan. Het ding begint te piepen. Dat komt doordat er radium is gebruikt om de wijzers en de uurmarkeringen van de Rolex te beschilderen. ‘De mensen die dat moesten doen, likten vaak aan de kwast om ‘m even vochtig te maken. Die kregen dat giftige spul binnen en gingen vervolgens allemaal dood.’ We bevinden ons achter in zijn winkel. De grot van Ali Baba voor elke liefhebber van vintage horloges. De handel in tweedehands klokkies is Lijfering met de paplepel ingegoten. Zijn vader was een van de eersten in Nederland die de potentie zag van tweedehands horloges. Zonder mededogen leerde hij junior de kneepjes van het vak. ‘Ik had van mijn spaargeld ooit een Tudor Monte Carlo gekocht voor €3.500,-. Die wilde mijn vader dezelfde avond wel van me overnemen voor €5.000,- Ik dacht: dat is lekker verdiend in een dagje. Bleek dat het een exemplaar was met een ‘homeplate’. Die is €50.000 euro waard. Had ik toch wat beter moeten opletten.’