Egbert-Jan Weeber: 'De Facebook-ophef vind ik heel hypocriet'

Egbert-Jan Weeber (36) speelde in tientallen films, televisieseries en maakte naam als dj. Nu staat hij op een kruispunt in zijn leven. Playboy spreekt hem over werk vinden, varen met zijn boot en de gevaren van drugs.

Egbert-Jan Weeber playboy interview

Hij had het beste excuus om een paar dagen eerder niet op te komen dagen, wist ik. Op zijn Nokia uit een vorig decennium had hij geen digitale agenda die piept bij een nieuwe afspraak. Dus het is even afwachten of hij er nu wél is. Maar daar staat hij ineens. In een lange Afghaanse trui, een broek met iets te korte pijpen en een T-shirt met een V-hals die zo laag is dat er wat borsthaar een poging doet om naar boven te kruipen. Als je op iemand niet kunt kwaad worden is het wel op Egbert-Jan Weeber (36), de man met de vriendelijkste Bambi-ogen van Nederland.

@backlink(209733)

1. Slim. Je kunt altijd de schuld geven aan je telefoon!

‘Ik heb hem niet meer.’

2. Dat was je trademark! Rondlopen met een gedateerde Nokia waarmee je flesjes bier kon openen.

‘Hij heeft het begeven. Een paar maanden geleden. Die Nokia ging gewoon niet meer. Hij begon rare errors te vertonen. Ik had hem misschien wel tien jaar. Dat ding was niet kapot te krijgen. De batterij ging drie dagen mee, fantastisch.’

3. Je bent een voorloper door nooit op Facebook te zijn geweest.

‘Nou, ik ben er wel verslaafd aan. Die ophef vind ik heel hypocriet. Instagram is ook van Facebook en die houden ook bij wat je liket en niet liket. Ga je dan ook van Google af? Gaan we nu dan Yahoo'en? Elke fucking klik wordt toch gemonitord. Het probleem zit echt niet in Facebook. Dan moet je het allemaal opdoeken. Ik hou niet van massahysterie. Als er één schaap over de dam is, gaan we allemaal roepen: nu massaal van Facebook af. Kijk, ik vind Facebook ook niet goed, want die dopamine heeft mij ook in de greep. Facebook en zeker Google kennen je beter dan je jezelf kent.’

4. Hebben sociale media ons iets opgeleverd?

‘Ik denk niet dat sociale media ons socialer hebben gemaakt. Je ziet het op straat. Voorbijgangers lopen met dopjes rond. Als je de weg vraagt, zie je iemand helemaal verkrampen. Echt contact is moeilijk. Vroeger leerde je nog mensen kennen in de trein, maar dat lukt niet meer. De apparaten sleuren je in een andere wereld, de cloud, een ondefinieerbare wolk met informatie. Als we niet uitkijken wordt de cloud een op zichzelf denkend ding. Zijn we straks geprogrammeerd om te handelen volgens algoritmen! Een zwevend brein dat ons regeert.’

5. Ben je een Einzelgänger?

‘Ja, ik denk het. Ik kan, geloof ik, niet zoveel prikkels aan. Niet dat ik niet sociaal ben, maar met groepen eten vind ik lastig. Met groepsdynamiek heb ik moeite. Op de lagere school had ik klasgenoten die ineens fan werden van Guns N’ Roses. Ze lieten hun haar groeien en gingen buttons dragen. Steeds meer klasgenoten deden mee. Met het kuddegedrag van mensen – die sociale druk – kun je een oorlog op gang krijgen. Als mensen elkaar gaan nalullen, dat kan héél gevaarlijk zijn.’

Lees het hele interview op Blendle of in de Playboy die nu in de winkel ligt of op Blendle!