Voetbalwedden tijdens het komende EK met behulp van dit mini-voetbalwoordenboek

Een typisch 21-eeuwse randzaak van volkssport nummer één is de analyse, vaak uitgevoerd door ex-profs. De ene kwam niet verder dan de Eerste Divisie, de andere maakte het Oranjedoelpunt van de vorige eeuw. Eén ding hebben ze gemeen: ze zijn niet voor iedereen even verstaanbaar. Niet door hun accent, maar door het typische jargon waar de leek zelden chocola van kan maken. Voetbaljargon voor dummies, een hilarische minigids voor het naderende EK. Ook handig voor potentiële voetbalwedders.

Matchfixing

Als een speler opzichtig blundert, vraagt menigeen zich af of deze geen slaatje probeert te slaan uit het voetbalwedden. En of er geen lid van de Chinese maffia op de tribune staat – naar een onderzoek van de KNVB uit 2009 een ‘belchinees’ genoemd. Dit is geen synoniem voor de horeca-ondernemer die tijdens de vroege avondwedstrijden het bord op schoot verzorgt, maar een louche figuur op de tribune dat verdacht werd mogelijke banden te hebben met malafide gokbedrijven in Zuidoost-Azië. Toen het wedden op voetbal nog niet legaal was, zouden zij de verrichtingen op het veld doorbellen aan het thuisfront. Op bookmakerwebsite Weddenopsport.nl worden – bij voorkeur op een verantwoorde manier – gokjes gewaagd op wedstrijden in allerlei competities. Ook in onze eigen, doorgaans als zwak bestempelde ‘mickeymousecompetitie’.

Data en cijfers

Voor het EK 2024 raadplegen liefhebbers WeddenopEK.nl en stuiten ze op talloze statistieken. De ‘xG’ is de kans op doelpunten en de ‘odds’ zijn de winstkansen in percentages. Maar cijfers en data worden veelal geassocieerd met ‘scorebordjournalistiek’, die een vertekend beeld geeft van het spel. Het cijfer twaalf staat voor het publiek (‘de 12e man’) en ‘de zestien’ is het strafschopgebied. Tegenwoordig hebben veel posities ook een nummer; zo is een tweetal verdedigende middenvelders een ‘dubbele zes’. De ‘tien’ is de spelmaker. Het bekendste ‘een-tweetje’ is de CruijffOlsenpenalty. Tel alles bij elkaar op en de uitkomst luidt wellicht ‘totaalvoetbal’.

Voertuigen, beroepen en oorlog

Snelle spelers zijn ‘op de brommer’. Is er maar één ploeg die aanvalt, dan gaat het ‘eenrichtingsverkeer’ richting het doel waar steevast ‘de bus geparkeerd’ wordt. Een ‘postbodevoetballer’ dribbelt liever dan dat hij passt. Professioneel dansen zien we terug in swingend ‘sambavoetbal’, soldaten duiken op in de uitdrukking ‘voetbal is oorlog’, afkomstig van ‘de Generaal’. ‘De luchtmacht’ bestaat uit lange, hoog springende ‘kopspecialisten’ die het snelst bij hoge ballen kunnen. Soms zijn dit ‘vuurpijlen’.

Etenswaren en tuinieren

Het 'chocoladebeen’ is het been waarmee spelers niet graag schieten of passen. Wie een dreun krijgt, krijgt een ‘koek’. Meer etenswaren klinken in de uitdrukking ‘patatgeneratie’, een lichting ‘volgevreten vedetten’ die hun best niet deden. Een ‘zaadpot’ op een ‘knollenveld’ met ‘hotseknotsbegoniavoetbal’ betreft geen wedstrijd van de ‘Superboeren’, maar een saai tafereel, waar het publiek ‘kijkt hoe het gras groeit’. In diezelfde agrarische sfeer valt het ‘kluitjesvoetbal’, waarbij te veel spelers op een kleine ruimte achter de bal aanhollen. Volgt er een onterechte strafschop na een ‘schwalbe’ of ‘fopduik’? Dan ‘zijn we er toch weer ingetuind!’.