Robert van Eijden

'Een paar keer per week zie ik haar in badjas de slaapkamer binnenkomen, eronder is ze naakt'

'Ik ben niet erg close met mijn buren, maar zoiets schept toch een band'

In een krotwoning achter mij woont sinds een jaar of twee een jonge vrouw, vanuit mijn werkkamer kijk ik recht op haar balkon en in haar slaapkamer. Van gordijngebruik is deze overbuurvrouw geen fan: een paar keer per week zie ik haar in een blauwe badjas haar slaapkamer binnenkomen, waarna ze zich richting het raam draait en haar badjas uit gooit. Eronder is ze zeg maar gerust naakt. Ik ben niet erg close met mijn buren, maar zoiets schept toch een band.

Wanneer ze haar balkon opruimt, zie ik vaak een gezellige poes om haar heen draaien die sprekend lijkt op poes Josefien uit een café waar ik graag kom. Soms gaat ze halverwege de middag met haar kleren aan in bed liggen en trekt het dekbed over zich heen. Ze houdt dus van poezen en van middagdutjes—net als ik. Nog mooier: bij goed weer zit ze op haar balkon urenlang een boek te lezen. Een boek! Urenlang! Wie doet dat nog? Misschien is ze wel redactrice bij een literaire uitgeverij, dacht ik laatst. Sindsdien overweeg ik vanaf mijn balkon ‘WILLEMIJN!’ naar haar te schreeuwen om uitsluitsel te krijgen, want 75 procent van de Nederlandse literaire redactrices heet Willemijn.

Maar binnenkort is al deze pret voorbij. Vorige week zag ik ineens twee Volt-stemmers op haar balkon staan—meteen had ik door wat er aan de hand was. Ik klapte mijn MacBook Air open, typte de straatnaam van de overbuurvrouw in bij Funda.nl en ja hoor: haar appartementje stond te koop. Blijkbaar was het vandaag kijkdag. Helaas stond de gezellige poes op geen enkele Funda-foto en de naakte overbuurvrouw evenmin. Op de slaapkamerfoto was het bed opgemaakt, er lag niemand te dutten. Merkwaardig was dat het huis op de foto’s minstens 94 vierkante meter groot leek, terwijl het volgens de ‘kenmerken’ 39 vierkante meter was. De kracht van de groothoeklens was weer eens strong in dezen.

Bij een van de laatste foto’s schrok ik: het was een foto genomen vanaf haar balkon, en op de foto zag je mijn balkon en werkkamer. Ik moest denken aan een scène uit de roman Spoetnikliefde (2004) van Haruki Murakami, waarin de vrouwelijke hoofdpersoon ’s nachts in een pretpark vlak bij haar huis een ritje maakt in een reuzenrad. Vanuit haar stoeltje kijkt ze met haar toneelkijker naar binnen in haar appartement, waar het licht nog brandt. Ineens ziet ze... zichzelf door haar huis lopen. Dit was de enige keer in mijn leven dat ik kippenvel kreeg en hardop ‘Oh!’ zei tijdens het lezen van een boek, behalve natuurlijk tijdens het lezen van mijn eigen boeken.

Op de foto van mijn balkon en werkkamer waren mijn gordijnen gesloten. Jammer voor de makelaar dat ik er niet op stond, hevig typend achter mijn bureau, het zou de waarde van het huis met minstens 30K opkrikken. Ik zag het makelaarsproza al voor me: Vanaf twee uur ’s middags geniet U vanaf uw balkon op het noordoosten van het prachtige uitzicht op de bekende schrijver Robert van Eijden welke misschien bezig is met zijn derde roman op nog geen vijf autominuten van het bruisende centrum met haar vele terrasjes, bioscopen en de traditionele lapjesmarkt.

Ik keek van mijn MacBook Air naar het balkon, waar het zoveelste correct geklede & fris gekapte stel nieuwsgierig om zich heen stond te kijken, want dat doe je op kijkdag. Zo ging het door tot vijf uur ’s middags: een ononderbroken stoet krotwoningzoekenden en niemand van de jonge vrouwen die door de slaapkamer liepen was naakt, dat kon ik zonder groothoeklens al zien. Ik ga een armoedige tijd tegemoet.

Entertainment
  • Adobe Stock