Elke artiest heeft fanatieke fans, en Hazes helemaal. Was je daar beducht voor toen je hem in de musical ging spelen?
‘Ja, bij de try-outs ging ik met opzet erna het publiek in om de kritische reacties te horen. Maar toen wilden mensen alleen op de foto – haha! Maar in Amsterdam heb je zanger Peter Beense, en die was not amused. Dat zei hij me ook eerlijk. Zijn stelling was: waarom gaat een Utrechter onze Amsterdamse volksheld vertegenwoordigen? Ik snap dat ergens wel. Aan de andere kant: ook in Rotterdam was Hazes loeipopulair. Je hoort inderdaad iets Utrechts in mijn tongval als ik Hazes zing, al had Hazes zelf door zijn veelvuldig verblijf in Vinkeveen ook een paar van die klanken – maar dat mag ik misschien niet hardop zeggen.’
Had je van tevoren ooit gedacht dat je hem jaren later nog zou zingen?
‘Sterker: ik had me voorgenomen het niet te doen.’
Dat is dus mislukt.
‘Nogal. Ik deed bij gelegenheid weleens een of twee van zijn liedjes, en dat sloeg enorm aan. Mensen vragen me natuurlijk geregeld of ik niet bang ben voor het Swiebertje-effect. Nee. Want a: te laat. En b: te leuk. Maar ik heb bijvoorbeeld zelf ook een eigen nummer opgenomen, ook Nederlandstalig. Heeft he-le-maal niks gedaan, haha.'
Maar goed, Hazes spelen en zingen heeft me ook veel andere mooie dingen opgeleverd. Anders was ik nooit gevraagd voor The Passion, dat weet ik zeker.’
Waarin je Jezus speelde. Nog zo’n beladen rol.
‘Ja. Hazes, Jezus. Ze hadden in ieder geval allebei een moeizame verhouding met hun vader.’
Je bent zelf ook vader. Had je voornemens over het vaderschap?
‘Mijn vader was hoogleraar psychiatrie, en ik heb hem altijd als onbereikbaar ervaren, hopende op een vorm van werkelijk contact. Ik vind het verdrietig dat het niet gelukt is dat nog te herstellen. Ik wilde een heel andere vader worden. Een warme vader. En ik wilde ook structuur aanbieden. Dat was mijn grootste zwakte als kind. Ik had zelf een volledig, maar echt vol-le-dig gebrek aan structuur. Ik heb nu met mijn middelste zoon een stuk papier opgesteld met daarop de tekst ‘ochtendritueel’, en gewoon stapsgewijs alle handelingen die moeten plaatsvinden. Anders lukt het niet. Altijd aan het dromen. Ik had dat ook.'
Benieuwd naar de rest van het interview, waarin Martijn vertelt over zijn roerige schooltijd en hoe het is om acht keer per week op de bühne te staan? Je leest het in de nieuwste Playboy of via Blendle.
- Leon Verdonschot
- Mark Engelen